In Nederland mag het alvast heel wat minder zijn. De voorbije 10 jaar zagen ze er een vermindering van 2,7 miljoen kilo (!) zout ten opzichte van 2009 …
Of de consumenten daar zelf iets van doorhadden? Neen, en dat was ook de bedoeling.
Het is een samenwerking tussen de grote bakkerijen, levensmiddelenfabrikanten, detailhandelaars én de overheid die hiervoor heeft gezorgd. Tijdens een samenkomst werd de vraag gesteld: “Hoe kunnen we voedsel nog gezonder maken?” In het geval van brood werd er afgesproken om het zoutgehalte te reduceren met 25%.
Een ambitieus doel, maar wel eentje die vandaag bereikt werd. Stap voor stap werd het zoutgehalte van brood verlaagd. Vooral de industriële bakkerijsector heeft hier een grote rol bij gespeeld.
In België is de wetgeving rond het zoutgehalte van brood gebaseerd op het Koninklijke Besluit van 1985 dat spreekt over brood en bakkerijproducten. Daaronder moet je dus ook pistolets, stokbroden enzoverder verstaan. Het wettelijk zoutgehalte is 2% op droge stof of 1,7% op bloem.
Neen. Te veel zout is niet goed, en we krijgen al heel wat zout binnen door andere voeding. Maar zout in brood heeft natuurlijk ook heel wat voordelen.
Eerst en vooral geeft het smaak aan het brood. Het zorgt ervoor dat het deeg beter kan rijzen en natuurlijk ook voor de lekkere krokante korst doordat het meer vocht vasthoudt.
En dan is er natuurlijk ook nog jodium. Al decennialang wordt bakkerszout hiermee verrijkt. En dat is letterlijk en figuurlijk broodnodig. Het zorgt voor de goede werking van onze schildklier. Bij kinderen kan een tekort zorgen voor een groeiachterstand en een verminderd leervermogen. Daarnaast zijn er maar weinig voedingsmiddelen die het mineraal bevatten.
Dus, om terug te komen op de vraag: Moet er nog zout zijn? Zeker wel, maar niet meer dan nodig is.
Altijd up-to-date blijven over de laatste nieuwtjes? Schrijf je vandaag nog in op onze nieuwsbrief!
Bronnen: broodenbanket.be, brood.net